słownik polsko - niderlandzki

język polski - Nederlands, Vlaams

dziwny po niderlandzku:

1. vreemd


Zijn verhaal is vreemd, maar geloofwaardig.
Er werd onlangs een vreemd zeedier gevonden.
Dat is vreemd.
vreemde talen, landen; dat is vreemd
Vreemd eten smaakt lekker.
Aan een vreemd lichaam voelt men geen pijn.
Majoeko heeft vreemd gedroomd.
Vreemd genoeg faalde hij.
Ik heb vreemd gedroomd afgelopen nacht.
Ik weet niets over hun vlucht naar een vreemd land.
Vreemd dat niemand ons kent.
Het is vreemd dat de postbode nog niet gekomen is.

Niderlandzkie słowo "dziwny" (vreemd) występuje w zestawach:

300 określeń po niderlandzku 51 - 100
10/4 Spreek ik met de politie?
Sprawy urzędowe
Nowa książka

2. raar


Raar dat ze zoiets gedaan heeft.
Het is raar dat jij niks van haar huwelijksceremonie afweet.
Het is raar dat niemand ons kent.
Ergens is het raar.
Vindt ge dat raar dat zelfs ik een mens ben?
Zijn verhaal is raar, maar geloofwaardig.
Veel mensen denken dat ik een beetje raar ben in min hoofd.
Wat ze zei, klinkt raar.
Zijn verhaal klinkt raar.
Ik vind zijn opinies raar maar interessant.

Niderlandzkie słowo "dziwny" (raar) występuje w zestawach:

13/1 Ik wil een afwasmachine
Gas water en elektriciteit
Ik houd van deze kleur