słownik polsko - niderlandzki

język polski - Nederlands, Vlaams

często po niderlandzku:

1. vaak


Tijdens mijn verblijf in Engeland keek ik vaak in de reisgids.
Ik reis vaak.
Ik had ooit een meester, die gooide vaak een krijtje als er iemand niet op zat te letten, en dat moest je dan naar hem terugbrengen.
Wanneer je naar televisie kijkt of naar de radio luistert, is de muziek die je hoort vaak van Afrikaanse origine.
Mijn zusje en ik deden vaak tikkertje. Dan renden we achter elkaar aan, en de achterste probeerde de voorste te tikken en riep: "Tikkie, jij bent hem!"
Haar verhaal kan niet waar zijn. Ze liegt vaak.
Bekende honkbalspelers worden vaak om handtekeningen gevraagd.
Degenen die vorken of stokjes gebruiken, vinden mensen die dat niet doen vaak onbeschaafd.
Wel, het zou dan wel zo kunnen zijn dan hij slim is, maar hij maakt vaak fouten door niet op te letten.
Als je anjers 7Up geeft in plaats van water, staan ze veel langer - vaak wel drie of vier weken.
Ontmoet je hem vaak?
We presenteren hier een lijst met vaak gestelde vragen over Esperanto.
De zon is altijd daar; vaak echter verscholen achter wolken.
Ze klaagt over hoofdpijn, en vaak.
Potverdikkeme nog aan toe! Hoe vaak moet ik je nou nog zeggen dat je daarvan af moet blijven?

Niderlandzkie słowo "często" (vaak) występuje w zestawach:

Trzecie i w drugą stronę
Reizen en de weg vragen
4/2 Wat eet je graag?
svet lekcja 3
hoofdstuk 1C

2. dikwijls


Wij spelen dikwijls schaak.
Jongeren hebben het dikwijls nodig zich te laten opmerken om zichzelf te bevestigen.
Zijn talent en intelligentie tentoonspreiden geeft dikwijls een verkeerd resultaat.
We tonen onze gevoelens dikwijls zonder woorden.
We discussiëren dikwijls over onze toekomst.
De Grieken eten ook dikwijls vis.
Met mijn caravan heb ik al dikwijls esperantocongressen bezocht.
De mensen zijn dikwijls heel sceptisch over dingen als er geen geloofwaardige verantwoording voor is.
Het Frans zit dikwijls erg verveeld met de uitdrukkingsdichtheid die het gebruik van voor- en achtervoegsels in het Esperanto mogelijk maakt, maar het trekt zijn plan door te spelen op de keuze van de lexemen.
Het is geen wonder dat de jaren na de pensionering dikwijls de gouden jaren genoemd worden.
Uw leeftijdsgenoten hebben dikwijls dat probleem.
In haar twintig eerste levensjaren werd ze dikwijls voor een jongen gehouden.
Er wordt dikwijls op gewezen dat roken een gezondheidsrisico inhoudt.
Tijdens de oorlog hebben we het dikwijls zonder suiker moeten stellen.
Ik schrijf zeer dikwijls bijdragen voor Wikipedia.

3. meestal


Diegene bij wie we ons geld verdienen geven we meestal gelijk.
Ik lunch meestal daar.
's Avonds is hij meestal thuis.
Iris, wat eet je meestal voor het ontbijt?
Wat je zegt is meestal waar.
Ik neem meestal een tijdschrift mee als ik op reis ga.
Hier is waar ze meestal dineren.
Ik sta meestal om acht uur op.
Kleerhangers zijn van die dingen om kleren op te hangen. Ze hangen meestal aan de kapstok of in de kledingkast.

Niderlandzkie słowo "często" (meestal) występuje w zestawach:

słówka zo gezegd 1 i 2

4. veelvuldig



Niderlandzkie słowo "często" (veelvuldig) występuje w zestawach:

Usłyszane 59

5. veelal


Dat is veelal het resultaat van door anderen opgelegde dwang.

Niderlandzkie słowo "często" (veelal) występuje w zestawach:

expediteur 5